In de schemering van zijn dagen is Joop Niezen heengegaan, een man die in de wereld van sportjournalistiek het woord Bobo introduceerde
DEN HAAG, woensdagmiddag. In de schemering van zijn dagen is Joop Niezen heengegaan, een man die in de wereld van sportjournalistiek én daarbuiten altijd op het juiste moment de stilte wist te doorbreken — met een verslag, een observatie, of dat ene trefzekere woord bobo. Hij werd 89 jaar oud.
Hij begon zijn loopbaan niet met pen en papier, maar met een bal en een handschoen. Joop Niezen was doelman bij onder meer Quick, ADO, AGOVV en DHC — vakliteratuur van de Nederlandse voetbalvelden in de jaren vijftig en begin zestig. Tot een brute blessure zijn doelpuntloze carrière in 1963 abrupt beëindigde.Het maakte hem geen mindere sportman, maar liet hem omschakelen naar een nieuw vak: de sportjournalistiek. Met zijn nieuwsgierigheid, rustige stem en scherpe blik maakte Niezen naam als radioverslaggever voor 'Langs de Lijn' bij de NOS. In 1974 was hij die stem die avond het land binnenbracht toen Oranje de WK-finale in wat later rood-wit-blauwe vertellingen uitmondde: Nederland–West-Duitsland.
Maar het was in de kantoren van Voetbal International waar zijn nalatenschap vorm kreeg. In 1966 trad hij er in dienst, en drie jaar later – in 1969 – gaf hij leiding als hoofdredacteur. Onder zijn bewind steeg de oplage van 45.000 naar maar liefst 184.000 exemplaren per week. Dat is geen platte stijging, dat is een explosie van impact.
En alsof dat nog niet genoeg was voor één loopbaan, hield Niezen zich nadien ook bezig met Sport International, de meer beschouwende, verdieping zoekende broertje van VI. En hij vertaalde het begrip ‘bondsbons’ tot het gevatte, gemeengoed geworden bobo. Een term die pas echt terrein won toen Ruud Gullit hem op het EK 1988 agendeerde.
Verschillende pakken, verschillende microfoons, één stem — die van Joop Niezen. Hij was radioman, hoofdredacteur, schrijver, bestuurder (NSP) en bedacht de NSP-kaart, zó handig dat elke sportjournalist erin wilde.
Laten we hem herinneren zoals hij was: een bescheiden man met scherp verstand, iemand die nooit pats-boem de spotlights zocht, maar die alles wat hij raakte wéér net iets langer liet nazinderen
COMMENTS