Ze waren met z’n drieën, maar er konden er maar twee spelen. Pier Tol, Kees Kist en Kurt Welzl vormden in het seizoen 80-81 de meest gevreesde aanval
Georg Keßler, de Duitse perfectionist op de bank, moest wekelijks kiezen. “Het is een luxe, maar ook een last,” zei hij later in een interview. “Je wilt recht doen aan vorm, aan training, maar ook aan de verhoudingen in de kleedkamer.”
Aan het begin van het seizoen leek de hiërarchie duidelijk. Kees Kist, de spits die in 1979 nog de Gouden Schoen had gewonnen, was het boegbeeld van de Alkmaarse aanval. Maar een gebroken teen hield hem weken aan de kant. Tol en Welzl grepen hun kans en vulden de voorhoede met goals en loopacties die tegenstanders murw maakten.
Tol, de Volendammer met de zachte stem maar scherpe looplijnen, herinnert zich: “Kurt en ik hadden meteen een klik. Hij zocht de ruimte, ik kwam in de bal. En we scoorden. Veel.”
Toen Kist terugkwam, stond Keßler voor zijn dilemma. Welzl was een sierlijke Oostenrijker, kopsterk en trefzeker, met twintig competitiedoelpunten. Tol had hetzelfde aantal treffers op zijn naam. Kist, ondanks zijn blessure, kwam tot elf goals in 21 wedstrijden.
“Ik vond dat ik moest spelen,” zei Kist jaren later in een documentaire. “Maar ik begreep ook dat je de anderen er niet zomaar uit haalt als ze het zo goed doen.”
AZ scoorde dat seizoen 101 keer in de competitie, werd met overmacht landskampioen en bereikte de finale van de UEFA Cup. Daarin verloren de Alkmaarders van Ipswich Town, maar ook in die campagne droegen alle drie de spitsen bij. In de halve finale tegen Sochaux scoorde Welzl, in de kwartfinale tegen Lokeren was Tol beslissend, en Kist tekende in de finale voor één van de twee Alkmaarse goals.
Binnen het elftal werd de strijd sportief uitgevochten. “We duwden elkaar naar een hoger niveau,” vertelde Welzl eens in een Oostenrijks sportblad. “Je wist: als je verslapte, zat je de week erna op de bank.”
Het spitsendilemma van 1980-1981 laat zien dat concurrentie niet altijd tot verdeeldheid hoeft te leiden. Bij AZ leverde het een kampioenschap, een Europese finale en een recordaantal doelpunten op.
En misschien is dat wel de les voor het huidige AZ, met Meerdink en Parrott als moderne varianten van Tol, Kist en Welzl. Drie spitsen voor twee plekken: een luxe, mits de balans juist wordt bewaakt.
- [message]
- ##check## De cijfers achter het spitsendilemma
- AZ’67 in de Eredivisie 1980-1981
Kampioen met 101 doelpunten voor en 30 tegen
Voorsprong op nummer 2 (Ajax): 12 punten
Doelpunten in de competitie
Pier Tol – 32 wedstrijden, 20 doelpunten
Kurt Welzl – 29 wedstrijden, 20 doelpunten
Kees Kist – 21 wedstrijden, 11 doelpunten
Europees
UEFA Cup-finalist (verloren van Ipswich Town, 5-4 over twee wedstrijden
Belangrijke treffers
Welzl: kwartfinale tegen Lokeren en finale tegen Ispwich Town
Tol: kwartfinale tegen Lokeren en finale tegen Ipswich Town
Kist: scoorde 9 maal in de UEFA Cup, maar deed dat vooral in de eerste ronden
Trainer
Georg Keßler — bekend om zijn gedisciplineerde aanpak en tactisch strakke organisatie
COMMENTS