Op 25 januari 1981 rijdt Hilbert van der Duim aan kop tijdens de 10 kilometer. Van der Duim hoeft maar in de buurt te blijven van zijn grote...
Op 25 januari 1981 rijdt Hilbert van der Duim aan kop tijdens de 10 kilometer. Van der Duim hoeft maar in de buurt te blijven van zijn grote concurrent en directe tegenstander Amund Sjobrend om Europees Kampioen te worden. Zover komt het echter niet, Van der Duim valt in een bocht. 'Vogelpoep' beweert de Nederlander later.
Hilbert van der Duim was als schaatser een kleurrijk figuur en werd bij velen bekend door zijn valpartijen over kroonkurken en vogelpoep, dan wel een rondje te vroeg een race beëindigen. In dit artikel een overzicht van zijn mooiste fratsen.
Hilbert van der Duim wisselde fantastische prestaties af met de meest vreemde capriolen. Hij werd twee keer all-round wereldkampioen (1980 en 1982), twee keer Europees kampioen (1983 en 1984) en zeven keer Nederlands kampioen. Tot Olympisch eremetaal reikte hij niet. Een vierde plaats op de 5000 m tijdens de Winterspelen van 1980 was zijn beste prestatie.
Behalve door zijn prachtige erelijst genoot hij bekendheid doordat hij nogal eens voor beroering zorgde.
Een rondje te weinig
Tijdens het WK schaatsen in 1981 in Oslo rijdt de Fries Hilbert van der Duim op de vijf kilometer twee rondjes voor het einde al met beide armen los en passeert de Noor Sjöbrend. Met zijn handen op zijn knieën rijd hij naar de wissel, terwijl er nog een ronde moest worden gereden. Televisiecommentator en oud-schaatscoach Leen Pfrommer een hartverlamming bezorgend. "Hilbert! Hilbert! Je moet nog een ronde!
Als het publiek begint te joelen en de coaches Van 't Oever en Kloosterboer driftig beginnen te zwaaien, begrijpt hij zijn vergissing. Hij rijdt alsnog de wedstrijd uit, maar verliest. Hilbert verklaart later dat dat rondje hem nog jaren achtervolgde in de kroeg. "Stond ik in een kroeg, riepen ze weer: Hilbert nog een rondje!"
Val over vogelpoep
1981 is toch niet Hilbert zijn jaar. Drie weken eerder op het EK in Deventer viel hij op de 10 kilometer en liep daardoor de titel mis. Achteraf verklaarde Van der Duim gevallen te zijn over vogelpoep. Later kwam Van der Duim op deze verklaring terug. Hij verbaasde zich er jaren later nog over dat journalisten dat verhaal geloofden. "Je valt toch niet over vogelpoep? Daar gaan schaatsen gewoon doorheen. Ik was het zo beu, weer al die vragen over vallen en mijn mentale gesteldheid. Ik dacht ik bedenk maar iets, hebben die mannen ook weer iets om over te schrijven."
Vreemd is het wel dat geen enkele journalist daar vragen over stelde. Maa Van der Duim was daar zelf
ook schuldig aan. Hij vertelde zijn verhaal niet zomaar in een opwelling. Bij ieder interview bleef hij de versie van vogelpoep herhalen.
Als wereldkampioen
Bekend was ook zijn optreden tijdens het WK van 1983 in Oslo. Van der Duim was kort daarvoor Europees kampioen geworden en op dat moment nog regerend wereldkampioen.
Naar het voorbeeld van het wielrennen verscheen hij in een regenboogpak op de baan. Dat was in het schaatsen iets ongekends. De schaatssport was in in de jaren zeer behoudend en traditioneel. Buiten de randjes kleuren was niet de bedoeling in het schaatsen.
De 500 meter van Van der Duim was nog uitstekend (tweede), maar op de 5.000 had hij "pap in de benen", eindigde als zeventiende en verspeelde zo een startplaats op de afsluitende afstand. Bijna alle serieuze media duikelden nadien over het schaatspak. Dat werd als oorzaak(!) van de tegenvallende prestaties gezien.
Maar Van der Duim was ondanks alle commotie een uitstekend schaatser. Harm van der Pal is juist lyrisch over zijn kwaliteiten: "Hilbert kon alles tussen 220 meter en 220 kilometer. Die man was ongelofelijk." en dat klopte: Van der Duim werd naast veelvoudig winnaar van allroundwedstrijden, werd hij derde op het WK Sprint in 1981 en reed hij top 10 in zijn eerste Elfstedentocht.
De onverslaanbare verslaan
In 1980 versloeg hij, tot verrassing van iedereen, de onverslaanbaar geachte Amerikaan Eric Heiden. Het weer speelde een grote rol tijdens dat toernooi, maar Van der Duim bewees beter dan anderen in de storm overeind te kunnen blijven en won de 1500 meter, die heel vaak beschouwd wordt als een sleutelafstand.
In dat toernooi was dat zeker het geval. De ijsmeester van Heerenveen verklaarde jaren later met de dweilpauzes te hebben gemanipuleerd, waardoor op de 10.000 meter Van der Duim op goed ijs en Heiden op aangeslagen ijs moest rijden.
Pieken op je minst favoriete afstand
Merkwaardig is dat juist de 1.500 meter zijn lastigste afstand was: op die afstand had hij ook zijn minst tot de verbeelding sprekende persoonlijke toptijd staan. Echter, op drie van de vier toernooien waar hij de titel pakte, won hij die afstand: alledrie de keren tijdens een stevige storm. Waarschijnlijk zou Van der Duim op moderne, overdekte, snelle schaatsbanen minder succesvol zijn: de omstandigheden zijn daar gewoon niet zwaar genoeg.
Hilbert van der Duim was als schaatser een kleurrijk figuur en werd bij velen bekend door zijn valpartijen over kroonkurken en vogelpoep, dan wel een rondje te vroeg een race beëindigen. In dit artikel een overzicht van zijn mooiste fratsen.
Hilbert van der Duim wisselde fantastische prestaties af met de meest vreemde capriolen. Hij werd twee keer all-round wereldkampioen (1980 en 1982), twee keer Europees kampioen (1983 en 1984) en zeven keer Nederlands kampioen. Tot Olympisch eremetaal reikte hij niet. Een vierde plaats op de 5000 m tijdens de Winterspelen van 1980 was zijn beste prestatie.
Behalve door zijn prachtige erelijst genoot hij bekendheid doordat hij nogal eens voor beroering zorgde.
Een rondje te weinig
Tijdens het WK schaatsen in 1981 in Oslo rijdt de Fries Hilbert van der Duim op de vijf kilometer twee rondjes voor het einde al met beide armen los en passeert de Noor Sjöbrend. Met zijn handen op zijn knieën rijd hij naar de wissel, terwijl er nog een ronde moest worden gereden. Televisiecommentator en oud-schaatscoach Leen Pfrommer een hartverlamming bezorgend. "Hilbert! Hilbert! Je moet nog een ronde!
Als het publiek begint te joelen en de coaches Van 't Oever en Kloosterboer driftig beginnen te zwaaien, begrijpt hij zijn vergissing. Hij rijdt alsnog de wedstrijd uit, maar verliest. Hilbert verklaart later dat dat rondje hem nog jaren achtervolgde in de kroeg. "Stond ik in een kroeg, riepen ze weer: Hilbert nog een rondje!"
Val over vogelpoep
1981 is toch niet Hilbert zijn jaar. Drie weken eerder op het EK in Deventer viel hij op de 10 kilometer en liep daardoor de titel mis. Achteraf verklaarde Van der Duim gevallen te zijn over vogelpoep. Later kwam Van der Duim op deze verklaring terug. Hij verbaasde zich er jaren later nog over dat journalisten dat verhaal geloofden. "Je valt toch niet over vogelpoep? Daar gaan schaatsen gewoon doorheen. Ik was het zo beu, weer al die vragen over vallen en mijn mentale gesteldheid. Ik dacht ik bedenk maar iets, hebben die mannen ook weer iets om over te schrijven."
Vreemd is het wel dat geen enkele journalist daar vragen over stelde. Maa Van der Duim was daar zelf
ook schuldig aan. Hij vertelde zijn verhaal niet zomaar in een opwelling. Bij ieder interview bleef hij de versie van vogelpoep herhalen.
Als wereldkampioen
Bekend was ook zijn optreden tijdens het WK van 1983 in Oslo. Van der Duim was kort daarvoor Europees kampioen geworden en op dat moment nog regerend wereldkampioen.
Naar het voorbeeld van het wielrennen verscheen hij in een regenboogpak op de baan. Dat was in het schaatsen iets ongekends. De schaatssport was in in de jaren zeer behoudend en traditioneel. Buiten de randjes kleuren was niet de bedoeling in het schaatsen.
De 500 meter van Van der Duim was nog uitstekend (tweede), maar op de 5.000 had hij "pap in de benen", eindigde als zeventiende en verspeelde zo een startplaats op de afsluitende afstand. Bijna alle serieuze media duikelden nadien over het schaatspak. Dat werd als oorzaak(!) van de tegenvallende prestaties gezien.
Maar Van der Duim was ondanks alle commotie een uitstekend schaatser. Harm van der Pal is juist lyrisch over zijn kwaliteiten: "Hilbert kon alles tussen 220 meter en 220 kilometer. Die man was ongelofelijk." en dat klopte: Van der Duim werd naast veelvoudig winnaar van allroundwedstrijden, werd hij derde op het WK Sprint in 1981 en reed hij top 10 in zijn eerste Elfstedentocht.
De onverslaanbare verslaan
In 1980 versloeg hij, tot verrassing van iedereen, de onverslaanbaar geachte Amerikaan Eric Heiden. Het weer speelde een grote rol tijdens dat toernooi, maar Van der Duim bewees beter dan anderen in de storm overeind te kunnen blijven en won de 1500 meter, die heel vaak beschouwd wordt als een sleutelafstand.
In dat toernooi was dat zeker het geval. De ijsmeester van Heerenveen verklaarde jaren later met de dweilpauzes te hebben gemanipuleerd, waardoor op de 10.000 meter Van der Duim op goed ijs en Heiden op aangeslagen ijs moest rijden.
Pieken op je minst favoriete afstand
Merkwaardig is dat juist de 1.500 meter zijn lastigste afstand was: op die afstand had hij ook zijn minst tot de verbeelding sprekende persoonlijke toptijd staan. Echter, op drie van de vier toernooien waar hij de titel pakte, won hij die afstand: alledrie de keren tijdens een stevige storm. Waarschijnlijk zou Van der Duim op moderne, overdekte, snelle schaatsbanen minder succesvol zijn: de omstandigheden zijn daar gewoon niet zwaar genoeg.
COMMENTS